maandag, september 26, 2005

Zo adrem

Ik woon alleen. In een heel groot huis. En ik kom wel mensen tegen, thuis, op het voetbalveld, in de supermarkt, maar de dingen maak ik voornamelijk mee in de trein.

Behalve laatst, met Bommen Berend, in de Febo, toen een boze man de mayonaisetap in het hete frituurvet gooide. Dat was wat, vooral toen de politie overging tot een charge in de snackbar. Was helemaal niet nodig, twee potige mannen hadden de rebel al bij de kladden. Zij hoopten dat hij de tyfus en kanker kreeg, althans dat zeiden ze. Ik besloot dat ik meer zin had in shoarma dan in patat. Soms is het lastig vast te houden aan je vegetariaat.

In de trein is ook veel asocialiteit. Vooral in overvolle treinen. Dat is fijn, want dan maak ik nog eens wat mee. Ik ga tenslotte nooit naar het voetbalstadion of naar het strand, dus ik moet het van het openbaar vervoer hebben.
Van de week zaten er onder anderen en onder meer vier asociale jongeren in mijn wagon. "Tjonge jonge, wat ziet iedereen er hier gezellig uit zeg", zeiden ze ironisch tegen elkaar. Aan alle medereizigers weidden ze een paar zinnen. "Zit zeker onder de plak bij zijn vrouw", "heeft vast een kutbaan", "kan ongetwijfeld heel goed punniken en verder niks", etc. Al die arme hardwerkende forensen in de trein van Leeuwarden naar Groningen. Een dag lang zwoegen en dan zo behandeld worden door een stel achttienjarige nietsnutten. Ik voelde mijn woede en haat groeien. Niemand greep in, ik ook niet. Ze waren bij mijn buurman aangekomen die een beetje lag te dommelen. "Is vast niet getrouwd," zeiden ze tegen elkaar. Eentje deed of hij er een aantekening van maakte.

En dan zijn ze bij mij. Ik ga er even recht voor zitten. Ik denk aan kanker en tyfus en dat ik hoop dat ze het krijgen. Op jonge leeftijd. Slepende, slopende ziektes. Benen geamputeerd zonder verdoving. Wapperende haren tussen de deuren van een wegrijdende trein. Ik kijk ze aan met alle verachting die ik in me heb en wacht.
"Grijpskerk", zegt een van de vier terwijl we langs een station zoeven, "stopt de trein hier niet?"
"NEE!!!", snauw ik, "moet je de dienstregeling lezen, dan had je het geweten!!"

donderdag, september 01, 2005

Hoe zit dat nou met het oor van Vincent van Gogh




Ooit, in een andere zomervakantie, heb ik een dikke biografie gelezen van Vincent van Gogh. Ik wilde weten hoe het nou zat met dat oor van hem.
Ik heb er vooral uit onthouden dat Vincent geen tekentalent had. Iedereen lachte hem uit als hij vertelde dat hij schilder wilde worden. Hij trok zich daar niks van aan, oefende oefende oefende, en uiteindelijk kon hij wel tekenen. Dat is natuurlijk goed nieuws voor ons soort mensen, de matige middenhoede. Iets willen, goed je best doen en het zal wel lukken.
Het vele oefenen heeft Vincent echter geen geluk gebracht. Zijn vermaarde melancholie kwam niet voort uit het gebrek aan tekentalent en ook niet aan het uitblijven van erkenning. Exact een jaar voor zijn geboortedag werd bij zijn ouders een eerdere Vincent Willem van Gogh geboren die dezelfde dag stierf.
En daardoor heeft Vincent van Gogh zijn oor afgesneden. Met een bot mes. Wat zou jij doen als je als kind dagelijks langs je eigen graf had gelopen? Zijn vader was immers dominee en ze woonden zo'n beetje op het kerkhof.
Overigens is hij niet overleden door het oor, maar door een pistoolschot in zijn borst, afgevuurd door hemzelf. Vreselijk.